baarkruk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  baarkruk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • baar·kruk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord baarkruk baarkrukken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debaarkrukv/m

  1. (medisch) speciale kruk voor het in zittende houding baren van een kind
     Op een baarkruk bevallen is voor vrouwen die echt last hebben van schaamte misschien ook een fijn idee: zo lig je niet met je benen wijd te kijk.[1]
     ,,Laat je een vrouw vrij bewegen tijdens de bevalling, dan zal zij instinctief vaak op haar handen en knieën, op de baarkruk of gehurkt bevallen. Zo is het bekken meer open en helpt de zwaartekracht een handje mee. Als je het echter fijn vindt om op je rug of op je zij te bevallen in bed: daar is ook niks mis mee, zolang het maar voor jou goed voelt.”[2]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord baarkruk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Elise Vermeeren
    “Schaamte rondom de bevalling? ‘Wij letten echt niet op grootte vulva en of je poept of naakt bent’” (16-11-2022), Tubantia
  2. Weblink bron “Verloskundige: ‘Op je rug bevallen vaak verre van ideaal’” (22 april 0008), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.