backlijn

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  backlijn    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbɛklɛin/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • back·lijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord backlijn backlijnen
verkleinwoord backlijntje backlijntjes

Zelfstandig naamwoord

debacklijnv/m

  1. (voetbal) rand van het strafschopgebied, bij uitbreiding ook gebruikt als aanduiding van dat hele gebied
     Koen Schockaert stuurde even later na een corner van buiten de backlijn het leder staalhard maar via een Torhouts lichaamsdeel tegen de touwen (1 - 1).[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord backlijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
  • frequentie in teksten in het Nederlands uit België, op een 7-puntsschaal: [2]
        5
  • frequentie in teksten uit België, vergeleken met die in Nederland, op een 7-puntsschaal: [2]
        7

Meer informatie

Verwijzingen

  1. dagblad in:
    Ludo Permentier & Rik Schutz
    Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, backlijn
  2. 1 2
    Ludo Permentier & Rik Schutz
    “Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen” (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, backlijn
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.