badmintonbond
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: badmintonbond (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bad·min·ton·bond
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van badminton zn en bond zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | badmintonbond | badmintonbonden |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de badmintonbond m
- (sport) landelijke organisatie van badmintonclubs en badmintonspelers
- ▸ De Nederlandse badmintonbond wil de WK 2014 (individueel) naar Nederland halen.[1]
- ▸ 'Dissidenten' werden ze al eens genoemd, de vier Nederlandse toppers in het badminton. Het sponsorconflict dat er was tussen het kwartet en de badmintonbond liep zo hoog op dat Eric Pang, Dicky Palyama, Yao Jie en Judith Meulendijks niet voor Nederland mochten uitkomen. De plooien zijn gladgestreken en op het NK van 2012 staan de vier weer gewoon in de finale.[2]
Gangbaarheid
- Het woord badmintonbond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Bond wil WK badminton binnenhalen” (Donderdag 14 juli 2011, 11:33), NOS
- ↑ Weblink bron “'Dissidenten' in finale NK badminton” (Zondag 5 februari 2012, 16:35), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.