bamboeboszanger

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bamboeboszanger    (hulp, bestand)
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bam·boe·bos·zan·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bamboeboszanger bamboeboszangers
verkleinwoord bamboeboszangertje bamboeboszangertjes

Zelfstandig naamwoord

debamboeboszangerm

  1. (zangvogels) Abroscopus superciliaris  een vogel in de familie van de Cettiidae . De bamboeboszanger is een 11 cm lang vogeltje, met een citroengele borst en olijfgroene bovendelen. De keel is wit en de kop is bovenop donker met een opvallende witte wenkbrauwstreep
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bamboeboszanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.