bangmakerij

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bangmakerij    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbɑŋmaːkʏˌrɛi/
Woordafbreking
  • bang·ma·ke·rij
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van bang en de stam van maken met het achtervoegsel -erij
enkelvoud meervoud
naamwoord bangmakerij bangmakerijen
verkleinwoord bangmakerijtje bangmakerijtjes

Zelfstandig naamwoord

debangmakerijv

  1. dat wat (onterechte) angst tot gevolg heeft
    • Is het bangmakerij of wordt het straks realiteit? 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bangmakerij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.