banier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  banier    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ba·nier
Woordherkomst en -opbouw
  • Van het Oudfranse baniere.[1] In de betekenis van ‘vaandel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1285 [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord banier banieren
verkleinwoord baniertje baniertjes

Zelfstandig naamwoord

debanierv/m

  1. een vlag of ander stuk stof dat een symbool, logo, slogan of andere boodschap toont
    • De banier van de volkeren. 
  2. (heraldiek) een vlag waarop een wapen getoond wordt
     Een page mocht na enkele jaren (als hij tiener was) de wapens dragen van een ridder, zoals diens zwaard en dolk. Ook droeg een page de banier van de ridder en diens schild..[3]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord banier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.