bargoens

Niet te verwarren met: Bargoens

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bargoens    (hulp, bestand)
  • IPA: /bɑrˈɣuns/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • bar·goens
Woordherkomst en -opbouw
  • van Bargoens "dieventaal", geschreven met een kleine letter volgens de uitzondering op spellingregel 16.I: "Een woord dat op een subjectieve manier een taal noemt, schrijven we met een kleine letter."
enkelvoud meervoud
naamwoord bargoens -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetbargoenso

  1. (pejoratief) groepstaal die voor buitenstaanders onbegrijpelijk is
    • De leden van deze Kamer zouden volgens die critici bestaan uit politieke dwergen, die elkaar in onverstaanbaar bargoens de oren wassen om keutels. [1]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bargoens' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
74 %van de Nederlanders;
63 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.