beroepskracht

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beroepskracht    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • be·roeps·kracht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beroepskracht beroepskrachten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deberoepskrachtv/m

  1. persoon die beroepshalve een betaalde functie vervult

Gangbaarheid

  • Het woord beroepskracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.