bezorgbakker

Uitspraak

• Geluid:  bezorgbakker    (hulp, bestand)
• IPA: / bəˈzɔr^əɣˌbɑkər / (4 of 5 lettergrepen)

Woordafbreking

• be·zorg·bak·ker

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bezorg ww  en  bakker zn 

Zelfstandig naamwoord

de bezorgbakker m

1. (beroep), (voeding) iemand die brood en taarten bakt, om deze via huis-aan-huisbezorging te verkopen

   • De bezorgbakker kwam iedere week op donderdagmiddag om 3 uur. 

   ▸ Mijn dorp is een soort Jorwerd. De rijdende bezorgbakker is er vorige winter mee gekapt, net als de kerk – de leden kerken nu in het nabijgelegen Workum.^[1]

Gangbaarheid

• Het woord 'bezorgbakker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen