bijeennemen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijeennemen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bij·een·ne·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

bijeennemen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bijeennemen
nam bijeen
bijeengenomen
klasse 4 volledig
  1. bij elkaar pakken tot één geheel
     Maar alles bijeengenomen is het onvermijdelijk dat Rusland ongunstig zal reageren.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord bijeennemen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Polen : roman over de strijd van het Poolse volk door de eeuwen heen” (1984), Van Holkema & Warendorf , ISBN 9026978073
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.