bijgelovig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijgelovig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bij·ge·lo·vig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bijgelovigbijgelovigerbijgelovigst
verbogen bijgelovigebijgelovigerebijgelovigste
partitief bijgelovigsbijgelovigers-

Bijvoeglijk naamwoord

bijgelovig

  1. vatbaar voor bijgeloof, van personen
    • De bijgelovige man durfde bijna niet meer over straat uit angst voor zwarte katten en ladders. 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bijgelovig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.