bijgelovigheid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bijgelovigheid    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bij·ge·lo·vig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bijgelovigheid bijgelovigheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debijgelovigheidv

  1. het geloven in zaken die niet overeenkomen met wetenschappelijke kennis of een gevestigde religie
     Zou het dus bijgelovigheid zijn dat Joachim Löw, de bondscoach van wereldkampioen Duitsland, met een veredelde B-selectie naar Rusland is afgereisd? Tegen een smakelijk toetje blijft het moeilijk 'nee' zeggen, maar laat de kers nu maar aan een ander, zal hij wellicht gedacht hebben...[3]

Gangbaarheid

  • Het woord bijgelovigheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. bijgelovigheid op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Weblink bron “Confederations Cup: smakelijk toetje, maar laat de kers maar aan een ander” (Zaterdag 17 juni 2017, 08:14), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.