bijvoeding
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bijvoeding (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bij·voe·ding
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bij en voeding zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bijvoeding | bijvoedingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de bijvoeding v
- babyvoeding die een of meer borst- of flesvoedingen aanvult
- ▸ Dat was duidelijk, maar die theorieën over gras en bijvoeding met meel klonken niet erg vertrouwenwekkend en begrijpelijk.[2]
- ▸ Alle acht kinderen uit het gezin werden in 2008 uit huis geplaatst. Hun gereformeerde vader, een prediker, wilde alleen leven van giften van geloofsgenoten. Omdat de man te weinig inkomsten had, waren in het huis gas en licht tijdelijk afgesloten. Een van de kinderen, een baby, ging volgens Jeugdzorg bijna dood. Ze kreeg uit religieuze overtuiging geen bijvoeding.[3]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord bijvoeding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Anna Karenina” (1877), G.A. van Oorschot , ISBN 9789028276062
- ↑ Weblink bron “Aangifte kinderen tegen Jeugdzorg” (03-03-2012), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.