blaffer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blaffer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blaf·fer
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van de werkwoordstam van blaffen met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord blaffer blaffers
verkleinwoord blaffertje blaffertjes

Zelfstandig naamwoord

deblafferm

  1. een hond die (veel) blaft
  2. een revolver, vuistvuurwapen

Gangbaarheid

  • Het woord blaffer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / blɑfəɾ /
Woordafbreking
  • blaf·fer
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

blaffer

  1. nominatief onbepaald mannelijk meervoud van blaff
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.