blender

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blender    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blen·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘keukenmachine waarin voedsel fijngemaakt wordt’ voor het eerst aangetroffen in 1974 [1]
  • afkomstig uit het Engelse to blend met het achtervoegsel -er [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord blender blenders
verkleinwoord blendertje blendertjes

Zelfstandig naamwoord

deblenderm

  1. Een keukenmachine die kan mixen en pureren.
    • De blender is de opvolger van de staafmixer 
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
blenderen

blender

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blenderen
    • Ik blender. 
  2. gebiedende wijs van blenderen
    • Blender! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blenderen
    • Blender je? 

Gangbaarheid

  • Het woord blender staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.