blindekoe

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blindekoe    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blin·de·koe
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord blindekoe
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deblindekoev

  1. spel met een geblindoekt persoon
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'blindekoe' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
42 %van de Nederlanders;
37 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.