blokwachter

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  blokwachter    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • blok·wach·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord blokwachter blokwachters
verkleinwoord blokwachtertje blokwachterjes

Zelfstandig naamwoord

deblokwachterm

  1. (beroep) (spoorwegen) iemand die vanuit een seinhuis de seinen van een deel van een spoorweg bedient
     Verslaggever Maino Remmers maakte 18 jaar geleden een reportage over de laatste 'blokwachter' langs het Nederlandse poor, Leo Dadziak. Hij bediende het seinhuis in het Limburgse Simpelveld. Toen gold: niet iedere tien minuten een trein, maar slechts één per twee uur.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord 'blokwachter' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “18 jaar geleden werden seinen nog met de hand bediend” (Zondag 5 september 2010, 21:30), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.