bommerd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bommerd    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bom·merd
Woordherkomst en -opbouw

afleding van bom met het achtervoegsel -erd

enkelvoud meervoud
naamwoord bommerd bommerds
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

debommerdm [1]

  1. iets wat groot is in zijn soort
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bommerd' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
19 %van de Nederlanders;
21 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.