boodschappenbrief

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boodschappenbrief    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bood·schap·pen·brief
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boodschappenbrief boodschappenbrieven
verkleinwoord boodschappenbriefje boodschappenbriefjes

Zelfstandig naamwoord

deboodschappenbriefm

  1. notitie waarop staat wat men wil kopen
     Vroeger racete ze met haar boodschappenbriefje in haar hand door de winkel.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord boodschappenbrief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.