boorijzer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boorijzer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • boor·ij·zer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boorijzer boorijzers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetboorijzero [1]

  1. ijzeren boor
     Wanneer een timmerman, een schrijnwerker, een wagenmaker een schaafbeitel behoefde, een boorijzer of zoo, vond hij daar zijn gading.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord boorijzer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.