bosbingelkruid

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  bosbingelkruid    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbɔzbɪŋəlˌkrœyt/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • bos·bin·gel·kruid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosbingelkruid -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetbosbingelkruido

  1. (bloemplanten) bepaald soort vaste plant, Mercurialis perennis  uit de wolfsmelkfamilie (Euphorbiaceae )
     Maar de zeldzaamste van alle is de amandelwolfsmelk, die alleen voorkomt op een enkel bevoorrecht plekje in Zuid-Limburg, een hellingbos met gele dovenetel, bosandoorn en bosbingelkruid.[1]
Verwante begrippen
  • overblijvend bingelkruid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'bosbingelkruid' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Henk van Halm
    Afscheid van een Euphorbia in: Trouw , jrg. 52 nr. 15225 (11 juni 1994), Organisatie Trouw, Meppel, p. 39 (ZZ 6) kol. 4
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.