boskamp

Niet te verwarren met: Boskamp

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  boskamp    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈbɔskɑmp/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • bos·kamp
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boskamp boskampen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetboskampo

  1. tijdelijke verblijfplaats voor een groep mensen in een woud
    • Ik heb Ba-Joessoe bij het vallen van de avond, toen hij zijn bulldozer weer teruggebracht had naar het primitieve boskamp, en hem schoongemaakt en afgeschraapt en onder dekzeil toegestopt had, om daarna zich uit te rekken in het stijgend nachtlied van de krekels, eens getracht te ondervragen. [1]
    1. (geschiedenis) Japans interneringskamp voor Europese gevangenen dat in het oerwoud ligt
      • Kuje was een boskamp, uiterst primitief van behuizing en slecht van voeding, rijst met zout, drie maal per dag en volop malaria. [2]

Gangbaarheid

  • Het woord 'boskamp' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.