botanicus

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  botanicus    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bo·ta·ni·cus
enkelvoud meervoud
naamwoord botanicus botanici
verkleinwoord botanicusje botanicusjes

Zelfstandig naamwoord

debotanicusm

  1. (beroep) een wetenschapper die de plantkunde beoefent
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord botanicus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.