brandweerkorps
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: brandweerkorps (hulp, bestand)
Woordafbreking
- brand·weer·korps
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van brandweer zn en korps zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | brandweerkorps | brandweerkorpsen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het brandweerkorps o
- een organisatorische eenheid binnen de veiligheidsregio als geheel en wordt geleid door een eigen bestuur en die belast is met de brandweerzorg (vroeger was de brandweer per gemeente georganiseerd)
- Het brandweerkorps Amsterdam-Amstelland wil meer vrouwen aantrekken. Het korps moet volgens commandant Leen Schaap diverser.[2]
- Bernard Welten gaat werken voor de brandweer Amsterdam Amstelland. De voormalige hoofdcommissaris van de Amsterdamse politie gaat 40 uur per maand advieswerk verrichten voor het brandweerkorps, melden bronnen vrijdag.[3]
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord brandweerkorps staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Het Parool MELLE BOS 10 APRIL 2018 Brandweer Amsterdam wil meer vrouwen in het korps
- ↑ Het Parool ROELF JAN DUIN 1 DECEMBER 2017 Welten aan de slag voor de Amsterdamse brandweer
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.