brommig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  brommig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • brom·mig
Woordherkomst en -opbouw
  • naamwoord van handeling van brommen met het achtervoegsel -ig
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen brommigbrommigerbrommigst
verbogen brommigebrommigerebrommigste
partitief brommigsbrommigers-

Bijvoeglijk naamwoord

brommig [1]

  1. van een persoon dat deze wat boos is
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'brommig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
64 %van de Nederlanders;
69 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.