buitenhaven

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  buitenhaven    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • bui·ten·ha·ven
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord buitenhaven buitenhavens
verkleinwoord buitenhaventje buitenhaventjes

Zelfstandig naamwoord

debuitenhavenv/m

  1. deel van een haven dat het dichtst bij de zee ligt; deel van de haven dat buiten de schutsluizen ligt
     Ineens lagen er lange strepen schaduw over de sluiskade van de masten in de buitenhaven, de perspectief verhevigend, zijn perspectief, alle wegwijzend naar het westen.[2]
     "Het was rustig weer, dan hoeft er niet veel schade te zijn", zegt een woordvoerder van Damen Shipyards. "Maar of dat zo is moeten we nog bekijken." Het jacht is nu naar de Buitenhaven van Vlissingen gesleept.[3]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord buitenhaven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.