camouflage

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  camouflage    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌkamuˈflaʒə/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ca·mou·fla·ge
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord camouflage camouflages
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

decamouflagev

  1. het camoufleren
  2. middel om te camoufleren
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord camouflage staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Engels

Uitspraak
  • Geluid:
Woordafbreking
  • ca·mou·fla·ge
enkelvoud meervoud
camouflage camouflages

Zelfstandig naamwoord

camouflage

  1. camouflage

Frans

Uitspraak
  • Geluid:
  • IPA:
Woordafbreking
  • ca·mou·fla·ge
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van camoufler met het achtervoegsel -age
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  camouflage     le camouflage     camouflages     les camouflages  

Zelfstandig naamwoord

camouflage m

  1. camouflage
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.