chino
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: chino (hulp, bestand)
- IPA: / ˈtʃino / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- chi·no
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chino | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het chino o
- (materiaalkunde) dunne, gekeperde stof van katoen, meestal met een kaki kleur
- ▸ Dit jasje zonder poespas is gemaakt van lichtgewicht katoenen chino (…).[2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chino | chino's |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de chino v / m
- (kleding) nauw vallende, eenvoudige broek van dun, gekeperd katoen, oorspronkelijk gebruikt als legerkleding en na de Tweede Wereldoorlog populair geworden als vrijetijdskleding
- 1. Een chino.
Gangbaarheid
- Het woord chino staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 12 oktober 2013 “The History Of The Chino”, Duchamp, Londen
- ↑ Weblink bron “Chino jack” op ralphlauren.nl
- ↑ Weblink bron Machteld van Gelder“Zeus en de Schaamte” (21 juli 2021) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Nathalie Wouters“Voor de buitenman in de stad” (2 maart 2013) op nrc.nl
Spaans
Uitspraak
- Geluid: chino (hulp, bestand)
Woordafbreking
- chi·no
enkelvoud | meervoud |
---|---|
chino | chinos |
Zelfstandig naamwoord
chino m
- (taal) Chinees; de voornaamste taal die in China gesproken wordt.
- (huishouden) puntzeef
Verwijzingen
- chino in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.