cinéma

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  cinéma    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌsineˈma/
Woordafbreking
  • ci·né·ma
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  cinéma     le cinéma     cinémas     les cinémas  

Zelfstandig naamwoord

cinéma m

  1. bioscoop
  2. (spreektaal) aanstellerij
    «Arrête ton cinéma
    Stel je toch niet zo aan! [1]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.