citrolo

Esperanto

  enkelvoud meervoud
nominatief   citrolo     citroloj  
accusatief   citrolon     citrolojn  

Zelfstandig naamwoord

citrolo

  1. (fruit) watermeloen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.