clave

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  clave    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈklavə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • cla·ve
Woordherkomst en -opbouw
  • van (Cubaans) Spaans clave, het enkelvoud van claves dat in deze betekenis meer gangbaar is
    Het Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden (2e druk, 1997) noemt een herkomst via het Frans uit het Latijn, maar zowel Spaanse als Franse bronnen gaan ervan uit dat het woord in Cuba is ontstaan.[1][2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord clave claves
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

declavev/m

  1. (muziek) hardhouten staafje uit een paar dat als percussie-instrument ritmisch tegen elkaar wordt geslagen
    De meervoudsvorm "claves" is de meer gangbare vorm.
    • Percussionist Richard Baker heeft zijn handen vol aan de percussie die erin voorkomt: de shaker, de ijzeren schraper, de clave. [4]
Synoniemen
  • ritmestokje

Gangbaarheid

  • Het woord clave staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈkla.βe /
Woordafbreking
  • cla·ve
enkelvoud meervoud
clave claves

Zelfstandig naamwoord

clave v

  1. wachtwoord
  2. (muziek) clave
Synoniemen
Overerving en ontlening

Werkwoord

vervoeging van
clavar

clave

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van clavar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van clavar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van clavar

Verwijzingen

    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.