collant

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  collant    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • col·lant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord collant collants
verkleinwoord collantje collantjes

Zelfstandig naamwoord

decollantm

  1. maillot

Gangbaarheid

  • Het woord collant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
42 %van de Nederlanders;
75 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  collant    (hulp, bestand)

Bijvoeglijk naamwoord

collant

  1. kleverig
  2. (spreektaal) opdringerig
    «Ce qu'elle est collante!»
    Wat is ze opdringerig! [1]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.