confrère

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  confrère    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • con·frè·re
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Franse confrère (met het voorvoegsel con-) [1]. In de betekenis van ‘vakgenoot’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1583 [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord confrère confrères
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deconfrèrem [3]

  1. (beroep) titel voor een collega, met name gangbaar in de advocatuur
    • Eind vorige maand werd door het Openbaar Ministerie (OM) tegen Alanson G. 25 jaar cel geëist en tegen Failyson P. 28 jaar. Ze zouden de slachtoffers op tweede kerstdag uit wraak voor een vechtpartij van een nacht eerder hebben doodgeschoten. De advocaten van de verdachten pleitten tijdens de rechtszaak voor vrijspraak. Mr. Yasar Özdemir die Alanson G. bijstaat, stelt dat hij niets te maken heeft gehad met de fatale schietpartij. Confrère Hein Heemskerk vindt dat helemaal niet is bewezen dat Failyson P. de fatale schoten heeft gelost. [4] 
    • Daarom wilde Veurink, gesteund door zeven plaatsgenoten, ‘gepaste maatregelen’. Maar hij kreeg nul op rekest. De Raad van Discipline beoordeelt het voicemailbericht van advocaat Adriaan Stoop, gericht aan zijn confrère én kameraad Pieter van der Kost, als een grap en verklaart de klacht ‘in alle onderdelen ongegrond’. [5] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord confrère staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
82 %van de Nederlanders;
65 %van de Vlamingen.[6]

Verwijzingen


Frans

Uitspraak
  • Geluid:  confrère    (hulp, bestand)
  • IPA: /kɔ̃.fʁɛʁ/
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  confrère     le confrère     confrères     les confrères  

Zelfstandig naamwoord

confrère v

  1. (beroep)  collega zn , confrère
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.