ambtsbroeder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ambtsbroeder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ambts·broe·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ambtsbroeder ambtsbroeders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deambtsbroederm [1]

  1. persoon die eenzelfde ambt bekleedt
     De Syrisch-orthodoxe aartsbisschop van Aleppo, Gregorios Yohanna Ibrahim en zijn Grieks-orthodoxe ambtsbroeder Boulos Yaziji uit dezelfde stad, werden maandag door gewapende mannen ontvoerd.[2]


Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord ambtsbroeder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Syrische bisschoppen weer vrij, diaken gedood” (Dinsdag 23 april 2013 om 19:48), De Standaard
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.