cordon
Niet te verwarren met: kordon |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: cordon (hulp, bestand)
Woordafbreking
- cor·don
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cordon | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het cordon o
- eerste deel van de samenstellingen cordon bleu, cordon rouge en cordon sanitaire waar de Franse uitspraak is gehandhaafd, in alle andere gevallen gebruiken we de Nederlandse uitspraak en de spelling met een k dus kordon. [1]
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
- cordon bleu, cordon sanitaire, cordon rouge
Gangbaarheid
- Het woord cordon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cordon" herkend door:
83 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ VRT-taal cordon of kordon
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.