crochet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  crochet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • cro·chet
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord crochet
verkleinwoord crochetje crochetjes

Zelfstandig naamwoord

hetcrocheto

  1. haakwerk
  2. haaknaald
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord crochet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
58 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Frans

Uitspraak
  • Geluid:  crochet    (hulp, bestand)
  • IPA:
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  crochet     le crochet     crochets     les crochets  

Zelfstandig naamwoord

crochet m

  1. haak
  2. haaknaald
  3. haaksleutel
  4. bocht [1], kromming
  5. (tandheelkunde) pijlklammer
  6. (zoötomie) gebogen lichaamsdeel (van insecten e.d.)
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.