dårleg

Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ˈdoːɾleːɡ /
Woordafbreking
  • dår·leg
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoordse woord dáligr, dat van het Nederduitse woord dorlik komt
  • Nynorsk bijvoeglijk naamwoord met het achtervoegsel -leg
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud dårleg dårlegare dårlegast
o enkelvoud dårleg
meervoud dårlege
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
dårlege dårlegare dårlegaste

Bijvoeglijk naamwoord

dårleg

  1. ellendig, ziek
  2. slecht (bijv. een slecht geweten, slecht weer)
  3. slecht, onbekwaam of weinig bekwaam
  4. gering, schaars, slecht
  5. armoedig, slecht
  6. bedrukt, slecht, wee
  7. minderwaardig, verwerpelijk, wraakbaar
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1]: dårlegdom
Typische woordcombinaties
  • [2]: dårleg luft
slechte lucht
  • [2]: sove dårleg
slecht slapen
  • [3]: ein dårleg kokk
een slechte kok

Bijwoord

dårleg

  1. ellendig, ongesteld, slecht, ziek
Typische woordcombinaties
  • sjå dårleg ut
slecht uitzien
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.