déménager
Frans
Uitspraak
- Geluid: déménager (hulp, bestand)
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
déménager |
déménageais |
déménagé |
eerste groep | volledig |
Werkwoord
déménager
- verhuizen
- (spreektaal) raaskallen, onzin uitslaan
- «Mais tu déménages?»
- Ben je niet goed snik?. [1]
- «Mais tu déménages?»
- (spreektaal) de boel op stelten zetten
- «Ça déménage!»
- Dat gaat lekker zo! [1]
- «Ça déménage!»
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.