defecatie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  defecatie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • de·fe·ca·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘ontlasting’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
  • Naamwoord van handeling van defeceren met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord defecatie -
verkleinwoord defecatietje defecatietjes

Zelfstandig naamwoord

dedefecatiev [3] [4]

  1. (medisch) stoelgang, het produceren van ontlasting
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord defecatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
58 %van de Nederlanders;
47 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.