dieet

Uitspraak

• Geluid:  dieet    (hulp, bestand)
• IPA: / diˈjet / (2 lettergrepen)

Woordafbreking

• di·eet

Woordherkomst en -opbouw

• via Middelnederlands diëte en Frans diète van Latijn diaeta "leefregel", aangetroffen vanaf 1351 ^{[1] [2]}

Zelfstandig naamwoord

het dieet o

1. voedingspatroon dat uit gewoonte of als keus wordt aangehouden

   ▸ Uit isotopenonderzoek van haar botten kon verder worden afgeleid dat haar dieet veel vlees had bevat en ook dat ze haar hele leven in de hooglanden had geleefd, waar ze ook begraven was.^[3]

2. (medisch) aanpassing in het eet- en voedingspatroon

   • Laila volgt een dieet waarbij ze geen koolhydraten mag eten. ^[4] 
   • Zij gingen een dieet volgen om af te vallen. 

   ▸ Na drie dagen in bed met een dieet van water, appelsap en beschuit, wilde mijn vrouw haar benen strekken.^[5]

Werkwoord

dieet

1. enkelvoud tegenwoordige tijd van diëten
2. gebiedende wijs van diëten

Gangbaarheid

• Het woord dieet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dieet" herkend door:

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Verwijzingen