dijkpaal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dijkpaal    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dijk·paal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dijkpaal dijkpalen
verkleinwoord dijkpaaltje dijkpaaltjes

Zelfstandig naamwoord

dedijkpaalm

  1. zware paal zoals men in rijen voor een dijk plaatst om de golfslag te breken
  2. genummerde paal langs een dijk geplaatst voor de plaatsbepaling

Gangbaarheid

  • Het woord 'dijkpaal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.