discount

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  discount    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɪskɑunt/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • dis·count
Woordherkomst en -opbouw
  • van Engels  discount zn , in de betekenis van ‘kortingwinkel’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1974 [1][2][3]
enkelvoud meervoud
naamwoord discount discounts
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dediscountm

  1. kortingwinkel
Synoniemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord discount staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

Engels

Uitspraak

(klemtoonhomogram)

  • naamwoord: discount
  • Geluid:  discount    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɪskaʊnt/
  • sommige betekenissen van het werkwoord: discount
  • IPA: /dɪsˈkaʊnt/
Woordherkomst en -opbouw
  • van Oudfrans desconter, op te vatten als afgeleid van  count ww  met het voorvoegsel dis-
enkelvoud meervoud
discount discounts

Zelfstandig naamwoord

discount

  1. korting
    «He was offered an attractive discount
    Hij kreeg een aantrekkelijke korting aangeboden.

Bijvoeglijk naamwoord

discount

  1. waarop korting van toepassing is
    «We have a number of excellent discount items on offer.»
    We hebben een aantal uitstekende zaken met korting in de aanbieding.

Werkwoord

discount

  1. bagatelliseren
    «He discounted the influence of the neighboring countries.»
    Hij bagatelliseerde de invloed van de buurlanden.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.