doder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  doder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • do·der
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van de werkwoordstam van doden met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord doder doders
verkleinwoord dodertje dodertjes

Zelfstandig naamwoord

dedoderm

  1. iemand die een levend wezen doodmaakt
    • De doder van het dier werd gearresteerd. 
Verwante begrippen
  • mannelijke vorm van doodster
Hyponiemen

Bijvoeglijk naamwoord

doder

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van dood

Gangbaarheid

  • Het woord doder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.