doornenkroon

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  doornenkroon    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdornəkron/
Woordafbreking
  • door·nen·kroon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord doornenkroon doornenkronen
verkleinwoord doornenkroontje doornenkroontjes

Zelfstandig naamwoord

dedoornenkroonv/m

  1. van doorntakken gevlochten kroon als symbool van het martelaarschap
    • Het waren de Romeinen die Jezus de doornenkroon opzetten. 
  2. roodkleurige, stekelige zeester
    • De doornenkroon kan mensen zeer pijnlijke wonden opleveren. 
  3. (stekelhuidigen) Acanthaster planci  een zeester met doornachtige stekels die over het hele lichaam zijn verspreid. Hij kan een doorsnede van 40 cm bereiken, en heeft 12 tot 19 armen. De doornenkroon voedt zich hoofdzakelijk met koraalpoliepen . Hij klimt 's nachts op het rif en 'graast' dan het koraal af
Hyperoniemen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord doornenkroon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.