douchestoel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  douchestoel    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • dou·che·stoel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord douchestoel douchestoelen
verkleinwoord douchestoeltje douchestoeltjes

Zelfstandig naamwoord

dedouchestoelm

  1. stoel die men kan gebruiken in een douche als men niet meer veilig staande kan douchen
    • De oude vrouw was heel blij met haar douchestoel, eindelijk kon ze weer douchen. 

Gangbaarheid

  • Het woord douchestoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.