drankenzaak
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: drankenzaak (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdrɑŋkə(n)ˌzak / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- dran·ken·zaak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van drank zn en zaak zn met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | drankenzaak | drankenzaken |
verkleinwoord | drankenzaakje | drankenzaakjes |
Zelfstandig naamwoord
de drankenzaak v / m
- (handel) winkel waar men alcoholische dranken verkoopt
- ▸ Wat bij de plaatselijke drankenzaak begint, breidt zich al snel uit over de Achterhoek. De populariteit van het shotje krijgt een flinke boost door de hype rond de roze opblaasflamingo’s, die deze zomer overal in zwembaden en aan de kustlijnen te zien waren. ,,Een mooie bijkomstigheid, want dat wisten we natuurlijk niet van tevoren”, zegt Helmes.[1]
Synoniemen
- drankzaak, slijterij
Gangbaarheid
- Het woord 'drankenzaak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Luuk Stam“Drie vrienden scoren met eigen frambozenshotje” (2 oktober 2018), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.