driestal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  driestal    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • drie·stal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord driestal driestallen
verkleinwoord driestalletje driestalletjes

Zelfstandig naamwoord

dedriestalm [2]

  1. krukje met drie poten
     Hij kon hem nu niet zien, maar zag hem toch, zooals hij 'tweebeen zat op driebeen' bukte op zijn driestal, een elleboog op zijn knie en in zijn hand met de breede pikduim 't Psalmenboek laag houdend.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord 'driestal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.