eenhoevig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eenhoevig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • een·hoe·vig
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van een en hoef met het achtervoegsel -ig
stellend
onverbogen eenhoevig
verbogen eenhoevige
partitief eenhoevigs

Bijvoeglijk naamwoord

eenhoevig [1]

  1. (biologie) tot de zoogdieren behorend die één hoef aan elke poot hebben
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord eenhoevig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.