eindexamencijfer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  eindexamencijfer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • eind·exa·men·cij·fer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eindexamencijfer eindexamencijfers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

heteindexamencijfero

  1. (onderwijs) cijfer dat men krijgt als beoordeling van een examen op het einde van een middelbare schoolopleiding
     De leerlingen hebben uiteindelijk wel een correct eindexamencijfer gekregen. Of het verschil heeft gemaakt in of ze slaagden of zakten, is niet bekend. 85 procent van de havo-scholieren is geslaagd.[2]
     Sommige leerlingen kunnen in augustus opnieuw examen doen, maar voor het overgrote deel van hen geldt dat niet. Het is bijzonder zuur voor de leerlingen, maar Brussee begrijpt wel dat ze hun diploma niet alsnog krijgen. "Ik denk dat als de helft van je eindexamencijfer niet goed tot stand is gekomen, je daar als Onderwijsinspectie moet ingrijpen."[3]

Gangbaarheid

  • Het woord eindexamencijfer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Docenten weggestuurd na goedkeuren foute examenantwoorden” (Donderdag 14 juni 2018, 15:57), NOS
  3. Weblink bron “Tientallen ouders melden zich bij advocaat na vmbo-diploma-debacle” (Zaterdag 23 juni 2018, 11:01), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.