ejaculeren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ejaculeren    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • eja·cu·le·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ejaculeren
ejaculeerde
geëjaculeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

ejaculeren

  1. inergatief sperma uitwerpen
    • In de beroemde eindscene wordt geëjaculeerd op het aangezicht van de hoofdrolspeelster. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ejaculeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.